Vandaag heb ik samen met Lilith een wandeling gemaakt van Amersfoort via de Lange Duinen naar Hollandsche Rading toe. Een route van 22 km lang.
Vanwege het mooie weer, maar ook om te trainen voor de Nacht van de Vluchteling.
Download hier de route
De NS wandeling start bij station Amersfoort en via een wandelpad ben je al snel buiten de stad.
Tussen de bomen door zie je een enorme dinosauriër staan bij Dierenpark Amersfoort, jammer genoeg geen echte.
Na Borkhoven en de Bokkeduinen kom je uit bij Korte Duinen en Lange Duinen, samen Soester Duinen.
Nadat de Utrechtse Heuvelrug was gevormd in de voorlaatste ijstijd, werd er in de laatste ijstijd veel zand afgezet in het gebied.
Nadat het ijs verdween bleven er bossen en heidevelden over. Door (te actief) plaggen en overbegrazing groeiden er geen planten meer en ontstond er een stuifzandgebied.
Hieronder zie je een kaartje ter vergelijking qua grootte van de Loonse en Drunense Duinen en van de Soester Duinen.
Na de duinen loop je door bosgebied met de namen Pijnenburg, Willem Arntszbos, Ridderoordsche Bosschen en Maartendijksche Bosch.
In de bossen kom je momenteel veel vlinders tegen zoals koolwitje citroenvlinder en bont zandoogje.
Bij het Willem Arntszbos kom je een heideveldje tegen, let hier goed op de grond.
Want aan de rand van de heide zitten diverse levendbarende hagedissen te zonnebaden en schieten weg zodra je in de buurt komt.
Opvallend vaak loop je door enorme beukenbossen die precies in rechte lijn zijn aangeplant.
Ondanks dat het april is, kom je ook al diverse eierschalen tegen onder bomen. Zoals eierschalen van een merel.
Op de bramenstruiken in de zon zaten een stuk of vier vuurjuffers te genieten van de zon.
En even daarna zag je een wit kontje weglopen tussen de bomen, oftewel een ree die op zijn gemak wegliep maar toch te snel om er een foto van te kunnen maken.
Onderweg kwamen we ook nog een aantal buizerd tegen, wegvliegend vanuit een boom of zwevend in de lucht en daarbij het typische geluid maken waaraan je een buizerd kunt herkennen.
Een beetje jammer was het grote aantal (groepjes) hardlopers die we in het begin van de route tegenkwamen en bij Pijnenburg moesten we telkens opletten voor menwagens die een wedstrijd in de bossen aan het houden waren met daarbij hindernissen.
Los van de hardlopers en menwagens, is het een gevarieerde route, van statige bossen, zandverstuiving en heidevelden.
En veel leuks te zien onderweg; buizerds, levendbarende hagedissen, vuurjuffers, ree, eitjes van een merel, koolwitjes, citroenvlinder, bont zandoogje, lelietjes van dalen, look zonder look en nog veel meer!
En als ‘toetje’ zag ik op de terugweg vanuit de trein een ooievaar midden in een wei.