Begin dit jaar heb ik een wandeling gemaakt door de Alphensche Bossen en een klein stukje Chaamse Bossen. Aangezien de Chaamse Bossen goed zijn voor een flinke boswandeling, dit keer een wandeling alleen door de Chaamse Bossen. De wandeling die ik gemaakt heb is 12 kilometer lang en start vanaf de parkeerplaats aan de Putvenweg in Chaam.
Download GPX track - Chaamse Bossen
Vanaf de parkeerplaats loop je meteen het bos in en de eerste paddenstoelen kom je hier al tegen, vooral vliegenzwammen.
De route loopt verder door het bos en je komt allerlei verschillende soorten bos tegen; beukenbos en naaldbos.
Op de wat meer open plekken in het bos kom je met een beetje geluk ook nog heide tegen. Maar kijk ook eens goed naar het pijpenstrootje, je komt hier volop het pijpenstrootjesmoederkoren tegen. Een soort schimmel die alleen op pijpenstrootjes groeit.
Na ongeveer anderhalve kilometer kom je bij het Putven uit. Je hebt hier een erg fraai uitzicht op het ven! Vooral nu de bladeren beginnen te verkleuren.
Je verlaat het even via een erg mooi pad en even later loop je weer langs het ven naar een open stuk in het bos. Hier kwam ik een wesp tegen die nog wat sap van de berk probeerde te drinken.
De route loopt weer verder door het bos en je hoort nu volop het geluid van de boomklever. Namelijk het kenmerkende ‘twie twie twie..’. Naast vliegenzwammen kom je hier ook het kleverig koraalzwammetje tegen, een erg fraai zwammetje die vaak maar enkele centimeters groot is.
Wanneer je enkele beukenbomen nadert, verminder dan even je vaart en kijk goed op het wandelpad. De kans is erg groot dat je hier vinken en gaaien op het pad zult zien zitten. Ze zijn druk op zoek naar beukennootjes.
Wanneer je aan de rand van het bos loopt zie je in de verte (2 kilometer verderop) de Antonius Abtkerk liggen. Je verlaat vrij snel het fietspad en je loopt weer verder door het bos richting een open gebied.
Hier staan volop jonge berkenbomen en tussen al deze jonge boompjes staan nog enkele oude dennenbomen die gebruikt worden door grote bonte spechten. Je hoort ze er volop roffelen.
Een wants die de laatste tijd volop in het nieuws is kom je hier ook tegen. Namelijk de bladpootrandwants die 10 jaar geleden vanuit de Verenigde Staten in Duitsland is terecht gekomen en inmiddels Nederland heeft bereikt en nu het kouder wordt massaal naar binnen wil.
Je loopt weer verder door het bos en bij een open gebied loop je over een pad waar duidelijk niet veel gelopen wordt. Je komt hier struikheide en dopheide tegen. Soorten die hier vroeger voordat het vol geplant werd met dennenbomen te vinden waren.
Je slaat na dit pad rechtsaf en je komt hier tientallen bruine herfstuilen tegen. Een nachtvlindersoort die je in het najaar kunt aantreffen. Het pad gaat over van het bos naar een gebied met heide. Je loopt over een soort mini-dijkje en je komt hier alleen maar afgestorven bomen tegen. Daarnaast kom je hier ook pootafdrukken van reeën tegen.
Aan het einde van dit pad kom je bij het Ossengoor uit, dit ven staat helemaal droog. Maar ‘normaal’ staat het hele ven met water, waar nu helemaal geen druppel water te vinden is.
Je verlaat vrijwel meteen weer het Ossengoor en je loopt richting een ander ven. Hier staat gelukkig wel water in en op de oevers kom je diverse bruinrode heidelibellen tegen.
De route loopt verder door het bos en je komt ook hier allerlei sporen van reeën tegen. Soms kun je nog duidelijk het bijhoefje zien in de pootafdrukken.
Wanneer je langs een veldje vol met pijpenstrootje, brem en heide loopt kom je weer bij het Ossengoor uit. Hier is nog duidelijker te zien dat er echt geen druppel water te vinden is.
Je verlaat het Ossengoor weer en via een pad dat iets omhoog loopt loop je langs heidestruiken het bos in. Enkele paden worden niet zo vaak belopen en dat maakt het des te leuker! Bomen en struiken hangen dan over de paden en als je dan achterom kijkt heb je een erg fraai uitzicht!
Daarnaast kom je op deze paden ook volop vogels tegen zoals staartmees, koolmees en pimpelmees. Maar als je goed luistert hoor je ook een hoge pieptoon van het goudhaantje. Met een beetje geluk kun je dit lichtste vogeltje (net zo zwaar als één A4-tje) van Europa ook zien zitten!
Net voor de Huisdreef (pad) loop je langs een ven, maar door de begroeiing is daar niets van te zien. Nadat je de Huisdreef bent overgestoken kom je allerlei (droge) beekjes tegen. Ondanks de droogte groeien er toch nog varens op de oevers, zoals het dubbelloof.
Net voor de parkeerplaats loop je nog over een mini heideterreintje en vervolgens heb je nog een fraai uitzicht op de berk die nu volop aan het verkleuren is.
Na ongeveer 12 kilometer gelopen te hebben kom je weer uit bij de parkeerplaats.
Door de afwisseling van vennen, beken, verschillende bossoorten is het een mooie wandeling ongeacht het seizoen. De Chaamse Bossen kunnen erg nat/modderig zijn, maar door de extreme droge zomer is daar helemaal niets van te merken.