Begin dit jaar maakte ik al eens een wandeling over de Oostappense Heide, maar nu de heide in bloei staat was ik erg benieuwd hoe mooi de route ‘s zomers is.
Vanaf de Diesdonkerweg kun je de ruim 5 kilometer lange wandeling maken.
//update: meest actuele route kun je hier vinden!
Download GPX track - Oostappense Heide
Je loopt van de weg het bos in en je volgt een kronkelend wandelpad waarbij je ook al wat paddenstoelen tegenkomt.
Ook al loop je midden door het bos, je hebt hier kans om juffers tegen te komen zoals het lantaarntje.
Terwijl je over de smalle paden loopt valt op dat het hier heuvelachtig is. De Oostappense Heide is een voormalig stuifzandgebied waar nog maar een heel klein gedeelte van over is gebleven. De zandheuvels zijn nog wel gebleven al staan ze nu vol met dennenbomen.
Aan de steile kantjes langs het pad kun je de vangkuilen van de mierenleeuw tegenkomen. De larve graaft een kuiltje en gaat aan de onderkant van het kuiltje zitten. Zodra een mier of ander insect in het kuiltje loopt dan kan het insect door het losse zand niet meer uit het kuiltje en de larve van de mierenleeuw grijpt het insect en zuigt deze leeg.
Overal op de Oostappense Heide kom je sporen tegen van wild. Wildwissels, paden waarover reeën en vossen lopen. Maar ook uitwerpselen die netjes op een hoger gelegen stukje naast het pad zijn gelegd. Als je goed kijkt kun je zelfs nog de haren en botjes in de keutel zien zitten.
Op de wat open plekjes in het bos kom je diverse heidelibellen tegen zoals de bruinrode heidelibel.
Op de eikenbomen kom je een soort van vergroeiing tegen, de gal van de ananasgalwesp.
Na ongeveer anderhalve kilometer kom je bij het stukje stuifzand dat nog overgebleven is van wat ooit een heel groot gebied was.
Dat het zand nog steeds stuift kun je merken als het waait, maar ook aan de grove dennen kun je het zien. De wortels zijn helemaal vrij komen te liggen doordat het zand tussen de wortels is weggewaaid.
Aan de rand van het stuifzandgebied heerst een soort mini-klimaat. Door het zand en de bomen is het hier wat sneller warm dan op andere plekken. Daardoor kom je aan de rand van het gebied veel insecten tegen zoals zweefvliegen, roofvliegen en libellen.
In het losse zand heb je ook kans om pootafdrukken te zien staan van reeën.
Na het stuifzand loop je door het bos en vervolgens kom je bij een kleine heideveld uit. Je komt hier de paars bloeiende struikheide tegen, maar ook witte bloemen!
Naast libellen kom je hier ook sprinkhanen tegen. Misschien valt je op dat als een sprinkhaan wegspringt (al lijkt het meer op vliegen) dat je een blauwe flits ziet. Dat kan kloppen want hier kom je tientallen blauwvleugelsprinkhanen tegen. Een redelijk zeldzame sprinkhanensoort.
Tussen de struikheide en het zand heb je ook kans om de grote snuittordoder te zien. Deze wesp vangt voornamelijk snuittorren en neemt deze mee naar een holletje. De gevangen snuittorren zijn voedsel voor de larven van de grote snuittordoder.
Net na je het heideveldje bent verlaten kom je nog allerlei insecten tegen zoals de snuitkeverschildwants en moerassprinkhaan.
Het gaat nu verder over een breed zandpad en gaat vervolgens linksaf over een smaller pad. Hier kom je allerlei paddenstoelen tegen zoals bovisten.
De route die ik vorige keer heb gelopen sloeg hier linksaf, maar door de diverse stormen begin dit jaar is er van het pad niets meer over. Zodoende slaat de route nu rechtsaf en vervolgens linksaf om aan de rand van het gebied te lopen.
Vervolgens kom je weer op de originele route uit en hier heb je kans om een zwarte specht te zien zitten.
Naast de zwarte specht ligt hier ook een bosmierennest. Het is hier verder een erg kaal bos. Niet zozeer qua bomen, maar er is vrijwel geen begroeiing tussen de bomen.
De route lijkt nu over een akker te lopen, maar net voor de akker sla je schuin af naar links om langs de akker te lopen.
Aan de rand van het pad kwam ik nog de resten van een postduif tegen. Beide ringen waren nog aanwezig en zodoende heb ik de eigenaar (uit Nijverdal) op de hoogte kunnen stellen (via https://www.duivensportbond.nl/duif-gevonden/duif-gevonden).
De route slingert weer verder door het bos en zodra de zon tussen de bomen door weet te schijnen kom je er libellen tegen.
Na ruim 5 kilometer gelopen te hebben kom je weer bij de Diesdonkerweg uit.
Aan de rand van het gebied ligt een vakantiepark, maar ik heb geen enkele vakantieganger gezien tijdens de wandeling. Jammer dat mensen zo’n mooi gebied zo dichtbij niet weten te vinden, maar eigenlijk ook weer niet erg, want dan is het lekker rustig en zie je des te meer tijdens het wandelen! Was er begin februari al van alles te zien, nu kom je ogen tekort tijdens het wandelen. Vooral het grote aantal blauwvleugelsprinkhanen is indrukwekkend!